Van Pont-Sainte-Maxence naar Helmond
Samen schutten in sluis 5 op de Zuid-Willemsvaart.
In Conflans is ons lekje gerepareerd, op oudejaarsdag. We hadden een afspraak voor de 2e Januari maar ineens stond de reparateur aan de wal, of het nu gelegen kwam. Jazeker!
Het is zo gefikst, iedereen blij en wij hebben een rustige oudejaarsavond, het schip kan er weer tegen.
Conflans (officieel Conflans-Sainte-Honorine) is een prettige plaats met een uitstekende bakker en de beste Sushi die we ooit gegeten hebben (Sushi Sakura). Alleen jammer dat op oudejaarsnacht onze elektrische fiets is gestolen. We hadden ‘m aan de wal laten staan, wel goed op slot, maar toch niet slim, beter aan boord gezet, we lagen op de 2e breedte dus de kans op een diefstal is dan toch een stuk kleiner.
We moeten maandag 7 Januari laden in Pont-Sainte-Maxence op de Oise. Vanaf Conflans een uur of 8 varen, we vertrekken de 2e uit Conflans en liggen ruim op tijd aan de kade in Pont-Sainte-Maxence.
Geladen in Pont-Sainte-Maxence, 255 ton Brouwgerst. Meer kunnen we niet meenemen want de maximale diepgang voor onze bestemming in Helmond is 1.90 m en met deze tonnage liggen we gemiddeld 1.86 m. Een schip laad nooit helemaal recht, ons diepste punt is 1.88 m .
Je kunt op veel manieren van Pont-Sainte-Maxence naar Helmond varen.
Onze keuze: Leije, Gent, Terneuzen, Zeeland, Hollands Diep, Maas, bij Empel naar binnen naar het Maxima kanaal en dan de Zuid-Willemsvaart naar Helmond. Het lijkt op de kaart nogal om maar naar onze ervaring is het wel de snelste route.
Nou hebben we deze keer echt geen haast want de meld datum in Helmond is pas op 21 Januari dus alle opties zouden mogelijk zijn, maar we hebben een afspraak in Terneuzen, we hebben deze reis zelfs speciaal daarom aangenomen, dat komt heel mooi uit.
Sluis Venette in Compiègne. Er zijn twee sluiskolken, dit is de kleine sluis. Maximale diepgang is hier 2.20 m, voor ons deze keer geen probleem.
We varen op ons gemak richting Terneuzen, gaan redelijk vroeg stilliggen als het uitkomt en varen een heel laag toerental om brandstof te sparen. Normaal varen we ongeveer 1250 t/m á 20 l/u, nu zitten we meestal op 1050 t/m á 6-7 l/u, nogal een verschil. Met 300 of 330 ton in gaan we met zo weinig toeren niet snel meer maar met onze 255 ton in gaat het hard genoeg.
Op deze manier hoeven we niet in Compiègne te bunkeren, daar is de prijs een stuk hoger dan in België of Nederland en het kost altijd weer tijd, het kan daar druk zijn en dan moet je wachten tot je aan de beurt bent. De eerstvolgende mogelijke bunkerstop is in Wervik op de Leije maar waaneer we daar aankomen gaat er net een heel groot schip bunkeren, dat gaat waarschijnlijk lang duren dus we varen ook daar door. Deze keer hebben we brandstof genoeg aan boord tot Terneuzen.
Na het Canal du Nord gaan we verder via het Canal de la Deûle en de Leije naar Gent en daarna over het kanaal van Gent naar Terneuzen (zie ook ‘s Avonds op het kanaal van Gent naar Terneuzen).
Na onze pauze in Terneuzen vertrekken we via de Westerschelde. Het is windstil en kraakhelder, maar na een tijdje zie je in de verte mist hangen. Dat herken je als een heel erg laaghangende wolk met daarboven heldere lucht. De mist lijkt met ons mee te varen want we krijgen er uiteindelijk geen last van, pas wanneer we ‘s avonds boven de Volkerak sluizen liggen trekt het dicht.
Ook deze keer schutten we in de Krammer sluizen via de jachten sluis, dat gebeurt ons veel. Voordeel is dat je sneller schut en het is lekker rustig. ‘s Winters schutten we er alleen, ‘s zomers meestal met wat pleziervaart, altijd leuk.
‘s Ochtend vroeg op het Hollands Diep. De elektronische kaart staat in de nacht stand, de radar staat aan en alle wijzerplaten zijn gedimd. Op het echolood kun je lezen dat we hier meer dan 7 m. water onder de kiel hebben.
We zijn om 06:00u van de Volkerak sluizen vertrokken en zien weer eens een schitterende zonsopkomst op het Hollands Diep.
Een zeeschip steekt voor ons over van de Dordse Kil richting Moerdijk. Via de marifoon hebben we afgesproken dat hij voor ons langs kan varen.
De moerdijk bruggen. We varen op de onderdoorvaart opening af, herkenbaar aan de dubbele gele lichten.
Een voorzichtig winterzonnetje op de Bergsche Maas.
Vandaag komen we tot aan sluis Veghel. Die wordt in het weekend op zaterdag maar tot 14:00u bediend dus we kunnen niet verder en hebben zondag vrij.
‘s Zondag beneden sluis Veghel. Alle schepen die hier liggen zijn bestemd voor Helmond.
Op maandagmorgen staan we om 5:30u op, er moet wat verhaald (schepen verplaatsen) worden om op volgorde van aankomst de sluis in te varen zodra die om 06:00u open gaat.
De zon breekt door op de Zuid-Willemsvaart.
Onze dochter Nathalie is bij sluis Empel opgestapt, ze zal een paar dagen meevaren.
Invaren sluis 5. Wij gaan naast de Kempenaar liggen (die al in de sluis ligt), achter ons komt nog een Kempenaar (schip met afmetingen 50 x 6.60 m.). Op die manier kunnen we alle drie schutten.
We komen uiteindelijk tegen het eind van de dag in de haven van Helmond aan. Vooral de laatste twee sluizen op de oude Zuid-Willemsvaart gaan niet snel, je doet uren over dat kleine stukje. Morgen tegen 10:00u lossen.
De volgende dag heeft het s’ nachts weer redelijk stevig gevroren en de hele haven ligt dicht. We moeten achteruit een brug door om op de losplek te komen en dat moet nu dus door vast ijs. We breken het ijs door steeds even met de motor in ‘vooruit’ stand te draaien, dat werkt uitstekend, je hebt nauwelijks last van het ijs.
Lossen in Helmond. Op de achtergrond het bruggetje waar we achteruit doorheen zijn gevaren. Al het ijs dat je op de foto ziet ie door ons gebroken. Het is intussen gaan sneeuwen.
Voor de laaste ladingresten gebruiken ze een speciaal mondstuk.
We zijn weer leeg. We gaan vastmaken op de lege plek recht vooruit. Klaar voor een nieuw avontuur.
We horen graag van onze lezers via de commentaren, dus laat van je horen, link naar de post, interactie is erg welkom.